Zuid-Holland besluit natuur verder te versterken

In een provincie waar veel mensen en dieren samenleven, komt natuur snel in de verdrukking. Om dat te voorkomen beschermen wij de natuur en bevorderen wij nieuwe natuur. Provinciale Staten hebben 8 maart 2023 ons nieuwe natuurbeleid vastgesteld. Met dit beleid gaan we inheemse planten- en dierensoorten beter beschermen, behouden en beheren.

Binnen natuurgebieden maar ook daarbuiten.  Denk bijvoorbeeld aan weidevogels zoals grutto en kievit, die vooral te vinden zijn op het boerenland. Of aan soorten als gierzwaluw en egel, die vooral in de bebouwde omgeving voorkomen. Door vooraf na te denken over natuurinclusieve maatregelen en soortenmanagement kunnen wij de natuur in stedelijke gebieden versterken en zorgen dat maatschappelijke opgaven, zoals woningbouw en energieopwekking, door kunnen gaan.

Gedeputeerde Berend Potjer, verantwoordelijk voor natuur: “Allereerst is dit nieuwe natuurbeleid goed nieuws voor de natuur. Die wordt nu niet alleen beter beschermd, maar ook versterkt. We vragen gemeenten om hier actief mee aan de slag te gaan. Bij het maken van ruimtelijke plannen moeten zij laten zien hoe zij de natuur betrekken, waardoor de plannen natuurinclusiever worden. En dat is ook goed nieuws voor onze inwoners, want op deze manier wordt hun omgeving prettiger en natuurlijker.”

Het nieuwe beleid gaat ook over hoe we omgaan met faunabeheer en invasieve exoten, planten en dieren die van nature niet voorkomen in Nederland maar door menselijk handelen hier terecht zijn gekomen. Minder bekend is het negatieve effect dat ze hebben op inheemse beschermde soorten.

Gedeputeerde Meindert Stolk, verantwoordelijk voor fauna en exotenbeheer, is daar blij mee: “Het is goed dat we in één document soortenbescherming, faunabeheer en exotenbeleid combineren en dat in evenwicht brengen. Onze provincie wordt gekenmerkt door een kunstmatig (cultuur)landschap met veel menselijke activiteit waardoor ingrijpen soms nodig is als de balans verstoord begint te raken. Bijvoorbeeld als er sprake is van te veel schade door grote aantallen dieren op landbouwgewassen of de natuur zelf, maar ook als er risico’s zijn voor de volksgezondheid en (verkeers)veiligheid. Dit soort aspecten kunnen ertoe leiden dat we af en toe moeten acteren en ingrijpen”.

Aan de totstandkoming van het nieuwe soortenbeleid is een lange maatschappelijke raadpleging voorafgegaan. De inbreng van uiteenlopende partijen, zoals natuurorganisaties terreinbeheerders, faunabeheereenheid Zuid-Holland, wildbeheereenheden, omgevingsdiensten, landbouworganisaties, gemeenten, waterschappen en dierenbelangenpartijen is meegewogen in de kaders voor dit beleid.

MEER

Deel dit bericht:

Facebook
Twitter