Vandaag was het groot feest in Bodegraven. Misschien is groot een beetje overdreven. Feestelijk was het in ieder geval wel én heel gezellig. Er was dan ook alles aan gedaan om de opening van het nieuwe Kaasmuseum in de Marktstraat tot een groot succes te maken. In aanwezigheid van een selecte groep genodigden en plaatselijke notabelen. Zelfs de burgemeester van Woerden was aanwezig. Onze burgemeester Erik van Heijningen letterlijk op zijn paasbest én de honneurs werden, namens de afwezige voorzitter van de stichting, Diederik Vergeer, voortreffelijk waargenomen door Marlou Bink-Verkleij. Dochter uit een oud geslacht van Kaashandelaren en dankzij corona sinds 2019 de nog steeds regerend Vorstin van het Kaasdorp.
Misschien komt het omdat we bij de redactie van EditieGroeneHart.nl zo gek zijn op kaas. De een neemt genoegen met een lekker stukje pittige oude kaas met een vlaggetje, de ander geniet meer van de culinair verantwoorde variant, maar allemaal vinden we het initiatief van stichting de Kaashandel, ietwat magertjes voor een dorp waar deze bedrijfstak zo’n grote rol heeft gespeeld en dit overigens nog steeds doet.
Er ligt maar liefst 30 miljoen kilo kaas opgeslagen in die grote kille grijze dozen langs de A12 waar dagelijks files aan voorbijtrekken. Hoe geslaagd, kleurrijk en mooi het nieuwe museum ook is, met alle goede wil komt het niet verder dan een bijzonder mooi ingericht VVV-punt met leuke informatie over kaas. Wegens ruimtegebrek is slechts een klein deel van de collectie van het vorige Kaasmuseum te zien. De rest ligt opgeslagen en wacht op betere tijden. Wellicht biedt de nieuwbouw van het Streekmuseum in Reeuwijk-Brug straks de oplossing.
Nee, wat ons betreft verdient de kaashandel een veel groter gebaar, om het verhaal van de kaashandelaar te vertellen. Een levensgroot kunstwerk midden op het Raadhuisplein. In brons gegoten. Een boerenkar vol kaas, ervoor een van die zelfkazende boeren die iedere week naar het dorp trokken om handel te doen met die kaashandelaren, inclusief lange jas en pet. Misschien zelfs een sigaar in de mond. Niet helemaal politiek correct, maar zo was het wel. Van die karakteristieke koppen waarin de kinderen en kleinkinderen van nu hun vaders en opa’s van toen weer herkennen. Zoals vroeger Kees Verkade ze wist te maken. Om trots op te zijn.
Inderdaad het kost wat, maar dan heb je ook wat. Er werd en wordt veel geld verdiend in diezelfde kaashandel. Met een beetje goede wil en wat crowdfunding moet het toch gaan lukken om in beeld de geschiedenis te vangen van een dorp waar vroeger de kaasplanken in de Rijn met soda werden gewassen om daarna te drogen op het gras in de zon.
Helaas is het Raadhuisplein al vergeven. Begin mei wordt daar al een kunstwerk onthuld. Vast en zeker even mooi en even indrukwekkend, maar er moet toch ergens een plek zijn te vinden, waar de langstrekkende toerist stil blijft staan en geprikkeld door het beeld ‘Ode aan de Kaashandelaar’ opzoek gaat naar de lokale VVV voor het ‘verhaal van Bodegraven.